Terug naar overzicht

Jaargang 28, 2024 - nummer 2


Artikelen

Denies, N., Huybrechts, N. (2024): Nieuwe Buildwise-richtlijn voor het ontwerp van tijdelijke werkplatformen voor funderingsmachines. Geotechniek 2024, nr. 2, p.16.

Een tijdelijk werkplatform bestaat uit een granulaire matras en een geokunststof (type scheiding) aangebracht op het werkterrein. Het doel van de tijdelijke werkplatformen is om de stabiliteit van de funderingsmachines tijdens de uitvoering van de funderingswerken te verzekeren en een voldoende begaanbaarheid te bieden. In België beschikte de bouwsector tot nu toe niet over een praktisch instrument om het ontwerp, de uitvoering, de controle en het onderhoud van deze tijdelijke werkplatformen te kunnen waarborgen. Dit is nu mogelijk met de publicatie van de Technische Voorlichtingsnota 287 van Buildwise.


Fugro: Hergebruik van funderingspalen loont. Geotechniek 2024, nr. 2, p.22

Bij reconstructie, uitbreiding of transformatie van bestaande bouwwerken naar complete nieuwbouw wordt steeds meer de vraag gesteld of de reeds aanwezige prefab paalfundering (deels) hergebruikt kan worden. Elke paal die niet geïnstalleerd hoeft te worden, levert een besparing op in beton, wapening, transport (waardoor o.a. ook CO2 reductie) en installatie: dus tijd én geld. Dat hergebruik van funderingspalen loont heeft Fugro samen met Van der Vorm Engineering recent bewezen bij The Frame Building in Amsterdam. Een duurzame methodiek die ook relevant kan zijn voor bouwwerken en kunstwerken in de infrastructuur, zoals kademuren en bruggen.


In Bedrijf: Gebr. De Koning – verticale opslag van buispalen in Moerdijk. Geotechniek 2024, nr. 2, p.27.

Van der Vlist, een gerenommeerde logistieke dienstverlener gevestigd in Groot-Ammers, heeft het voormalige Tetra Pak-terrein in Moerdijk in pacht van Port of Moerdijk. Dit terrein wordt momenteel ontwikkeld als transport- en overslaglocatie. Een cruciaal onderdeel van deze ontwikkeling is de realisatie van een nieuwe kadeconstructie die geschikt is voor het aanleggen van zeeschepen en voor de opslag van materieel.


Gerritsen, R., Bardoel J-W, Dorst, K., Meerkerk, J.,Kwast. E., Eekelen, S. van (2024): Innovatieve toepassing bentonietmatten bij waterkeringen – Dijkversterking Beesel Limburg. Geotechniek 2024, nr. 2, p.36.

Als innovatie binnen het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) is de waterkering bij Beesel over twee dijksecties voorzien van een hoogwaardige bentonietmat. De uitvoering met bentonietmatten is een primeur in Nederland. De bentonietmatten zijn over een totale dijklengte van 530 meter toegepast op het buitentalud, de kruin en een deel van het binnentalud van de dijk. Een uitgebreide handreiking voor toepassing van bentonietmatten bij dijken is in het kader van de dijkversterking bij Beesel toegepast, geverifieerd en aangevuld. Dit artikel beschrijft de overwegingen voor bentonietmatten binnen het afwegingskader ‘Duurzame dijken’. Verder gaat het artikel uitgebreid in op de ontwerpaspecten bij het project in Beesel, de uitvoering, en het beheer- en onderhoud. Tenslotte gaat het artikel in op monitoring van de grasbekleding.


Kwakman, L., Olsthoorn, T., Rekveld, M., Tao, Y., Veen, N.J. van, Jongejan, R. (2024): Aanscherping vereiste veiligheidsfactoren voor macro-stabiliteit bij dijkversterking SAFE. Geotechniek 2024, nr. 2, p.46.

Bij de beoordeling en ontwerp van de macrostabiliteit van dijken wordt in Nederland standaard gebruik gemaakt van een semi-probabilistische methode. Deze methode omvat glijvlakberekeningen en het gebruik van partiële veiligheidsfactoren om te voldoen aan faalkanseisen. Deze veiligheidsfactoren zijn geijkt aan probabilistische berekeningen voor dijkprofielen uit heel Nederland. Voor het dijkversterkingsproject SAFE zijn de benodigde veiligheidsfactoren nader bepaald door gebruik te maken van inzichten uit probabilistische stabiliteitsberekeningen uit het projectgebied.

Uit de probabilistische berekeningen is een projectspecifieke kalibratielijn voorgesteld die beter past op de regionale situatie. Het projectspecifiek kalibreren van de vereiste veiligheidsfactor zorgt dat het reguliere ontwerpproces behouden blijft, maar leidt wel tot semi-probabilistische ontwerpen die gemiddeld dichter bij de faalkanseis liggen. In veel gevallen levert dit ook een optimalisatie op. In de projectspecifieke kalibratie is onderscheid gemaakt tussen vier clusters op basis van eenvoudig vast te stellen kenmerken, zoals de dikte van de deklaag. Het toepassen van deze methode resulteert in een geoptimaliseerd ontwerp zonder de complexiteit van een volledig probabilistische ontwerpaanpak.


Sluis, J., Griffioen, P. (2024): Paalproef Calandkanaal: inzicht in het last-verplaatsingsgedrag van een afmeerpaal. Geotechniek 2024, nr. 2, p.51.

In de vigerende CROW-publicatie Flexible Dolphins is een nieuw fixatiecriterium voorgesteld, wat veelal resulteert in significant langere afmeerpalen. Dit heeft niet alleen een negatief effect op de bouwkosten, maar heeft een negatief effect op de carbon footprint van deze constructies. Daarnaast is onvoldoende bekend of en hoe het effect van herhaaldelijk belasten van afmeerpalen op de energieopname capaciteit tijdens het afmeren moet worden meegenomen. Om meer inzicht te krijgen in het werkelijke gedrag van afmeerpalen is in de zomer van 2022 in opdracht van het Havenbedrijf Rotterdam een paalproef in het Calandkanaal uitgevoerd. In deze proef zijn twee grote afmeerpalen naar elkaar toe getrokken. Doel van de proef is om het last-verplaatsingsgedrag van een afmeerpaal beter inzichtelijk te krijgen bij het (herhaaldelijk) belasten en specifiek de fixatie van de paalpunt. Tijdens 9 belast-ontlast stappen zijn continu de krachten, verplaatsingen en rekken gemonitord. Door beter inzicht is de verwachting dat de ontwerprichtlijn aangepast kan worden en de afmeerpalen korter kunnen worden, waardoor ook de prestaties verbeteren en met minder materiaal een beter ontwerp gemaakt kan worden. Witteveen+Bos heeft de predictie en postdictie uitgevoerd, waarvan de resultaten in dit artikel gepresenteerd worden.


Walrave, N., Zwanenburg, C., Gelder, I. van (2024): Critical state gedrag van Antropogene OC klei in een DSS proef. Geotechniek 2024, nr. 2, p.8.

In de Nederlandse adviespraktijk worden de critical state sterkteparameters met behulp van laboratoriumproeven bepaald bij standaardrekpercentages. Bij DSS proeven wordt dit normaliter bepaald bij 40% schuifrek. Impliciet wordt dan aangenomen dat de gemeten schuifspanning bij grote rekken een goede indicatie is voor de critical state sterkte van de grond. Echter, het blijkt dat het afleiden van deze parameters bij OC DSS proeven op antropogene klein niet eenvoudig is. Dit komt doordat er slip kan optreden tussen het monster en de poreuze platen in de DSS-proefopstelling. Indien slip optreedt, volgt de gemeten schuifsterkte uit de interface-eigenschappen in plaats van uit het grondgedrag. Een reeks proeven toont aan dat zowel de critical state sterkte al bereikt wordt voordat het slipfenomeen optreedt, maar ook ruim voor het voorgeschreven schuifrekpercentage. Het is dus van belang om in plaats van een voorgeschreven rekpercentage een grondsoort specifiek rekpercentage te bepalen. Hierdoor is het mogelijk om toch bruikbare sterkteparameters te kunnen afleiden uit DSS proeven op antropogene overgeconsolideerde klei. Ook leidt dit tot minder conservatisme en dus in een scherpere bepaling van de sterkteparameters.


DISCLAIMER
Geotechniek (incl. Geokunst en Geo Water) betreft een onafhankelijk vaktijdschrift. Ondanks constante zorg en aandacht die wordt besteed aan de samenstelling van het vakblad kan Uitgeverij Educom niet instaan
voor de volledigheid, juistheid of voortdurende actualiteit van gepubliceerde gegevens. Uitgeverij Educom kan dan ook geen aansprakelijkheid aanvaarden voor enigerlei directe of indirecte schade, van welke aard ook, die voortvloeit uit of in enig opzicht verband houdt met gepubliceerde gegevens of het gebruik daarvan. De inhoud van artikelen wordt opgesteld door de betreffende auteur(s) en niet door Uitgeverij Educom. Bij artikelen zijn auteurs verantwoordelijk voor correcte inhoud en uitingen. Uitgeverij educom kan dan ook op geen enkele manier verantwoordelijk worden gehouden voor de inhoud en is niet aansprakelijk voor enigerlei directe of indirecte schade die mogelijk voortvloeit uit betreffende inhoud of uitingen. Aan de gegevens, zoals die op deze site worden weergegeven, kunnen geen rechten worden ontleend.

Niets van deze website mag zonder schriftelijke en voorafgaande toestemming van Uitgeverij Educom worden gereproduceerd of gebruikt, anders dan het downloaden, en het bekijken daarvan op een enkele computer en/of het printen van een enkele hardcopy ten behoeve van persoonlijk, niet bedrijfsmatig gebruik.

De redactie van deze website berust bij Uitgeverij Educom te Rotterdam.