Terug naar overzicht

Jaargang 17, 2013 - nummer 1


Artikelen

Chivatá Cárdenas, I., SH Al-Jibouri, S., IM Halman, J., Linde, W. van de, Kaalberg, F. (2013): Relevant risk factors associated with the construction of excavated tunnel crosspassages in soft soils. Geotechniek 2013, nr. 1, p40.

This paper reports on an investigation of risk factors associated with the construction of excavated tunnel cross-passages in soft soils. The investigation focused on excavations where freezing technologies are used to provide temporary support. The relevant risk factors and their associated probabilistic data were gathered from elicitation of experts. A ranking of the most important factors was obtained for an on-going project: Sluiskil tunnel in the Netherlands. This was made possible by modelling the risk factors using Bayesian Belief Networks. Based on the modelling results the project has increased its awareness of the relevant risk factors in the construction of cross- passages and further optimized the associated mitigation measures.


Eekelen, S. van, Di Emidio, G., Bezuijen, A. (2013): Indrukken van de 5e Europese Geokunststoffenconferentie in Valencia. Geotechniek 2013, nr. 1, p50.

De Europese IGS conferentie was dit jaar in september 2012 in Valencia, in Spanje. Stad van sinaasappels, sangria en paella. Prachtige oude binnenstad, mooi breed strand, en ook veel schitterende moderne architectuur. Dat laatste is mede de oorzaak van de financiële problemen in die regio. Onze conferentie had plaats in één van die mooie, ruime conferentiecentra die Valencia rijk is.


Heemstra, J. (2013): Deel III in de kleine serie: Wat kunnen wij nu nog van Keverling Buisman leren / Ervaringen met aanleg van autowegen in de Provincie Zuid-Holland: Abtswoude, de weg die er nooit kwam. Geotechniek 2013, nr. 1, p26.

Waarom is het groene hart van Nederland zo groen? Kennis van de grondmechanica heeft er alles mee te maken! In de jaren ‘30 van de twintigste eeuw versnelde Nederland. Het waren de jaren van de doorbraak van de verbrandingsmotor, met als gevolg de behoefte aan goede wegen in de randstad.

De slappe Nederlandse ondergrond leende zich echter niet overal goed voor de aanleg van een strakke aarden baan. Professor Keverling Buisman, die in 1934 het Laboratorium voor Grondmechanica had opgericht, moest de weg wijzen.


Jacobse, J.A., Dalen, J.H van (2013): Effect installatiemethode van open stalen buispalen op de conusweerstand. Geotechniek 2013, nr. 1, p18.

Het verticaal draagvermogen van open stalen buispalen kan met behulp van twee verschillende ontwerpmethoden bepaald worden. Eén methode (CUR2001-8) gaat expliciet uit van het heien van buispalen, waarbij hogere draagvermogens verkregen worden dan de methode volgens de Eurocode (EC7).

Middels een praktijkproef is bepaald wat de effecten op de conusweerstand zijn rondom én in een buispaal bij twee verschillende installatiemethoden; volledig intrillen of (deels) inheien. Beschreven is hoe de proef is uitgevoerd en tot welke resultaten dit geleid heeft.

De conclusie van deze proef is dat er aanzienlijke verschillen zijn in de conusweerstanden bij de twee verschillende installatiemethoden.


Meerleer, F. de, Rouck, J. de, Doorslaer, K. van, Goemaere, J., Damme, L. van (2013): Oostende trekt grotere schepen aan dankzij sterkste geotextiel ooit. Geotechniek 2013, nr. 1, p53.

De vaargeul in Oostende is recentelijk verplaatst en verbreed om de haven toegankelijker te maken. Om voor de binnenvarende schepen een rustig golfklimaat te garanderen, wordt de toegangsgeul beschermd door 2 nieuwe havendammen. Deze heroriëntatie maakt het voor Oostende mogelijk om voortaan schepen tot 200 meter te ontvangen. Bij de bouw van de dammen is een sterk staaltje van geotechnisch kunnen opgevoerd. De slappe ondergrond is verstevigd met het sterkste geotextiel ooit.


Vervoort, A., Lysebetten, G. van (2013): Discrete simulaties breukgroei in ‘Soil Mix’-materiaal met zwakke insluitsels. Geotechniek 2013, nr. 1, p10.

De ‘Soil Mix’-techniek wordt steeds meer gebruikt voor de constructie van grond- en waterkerende wanden, waarbij een in situ mechanische vermenging van de grond plaatsvindt met bijvoorbeeld cement. Gezien de specifieke mengprocedure en omdat een natuurlijk materiaal rechtstreeks als grondstof wordt gebruikt, is de aanwezigheid van zwakke grondinsluitsels onvermijdelijk. Om de invloed van deze zwakke insluitsels op de sterkte en stijfheid te onderzoeken voerde KU Leuven numerieke discrete simulaties uit. Hierbij is het mogelijk om de individuele breukinitiatie en –groei te bestuderen. De simulaties tonen aan dat de afname van sterkte en stijfheid van een monster (veel) groter is dan het gewogen gemiddelde gebaseerd op de verhouding van gemengd en ongemengd materiaal. Ook blijkt dat andere parameters zoals vorm, aantal en relatieve positie van de insluitsels een grote invloed hebben.


Vraag en Antwoord CGF-examenvraag. Geotechniek 2013, nr. 1, p34.